Op maandag kwam Ann naar onze klas. Zij werkt voor een vereniging die zich inzet om kinderen op een andere manier naar de hele wereld te laten kijken. Niet vanuit aardrijkskundig standpunt maar wel vanuit duurzame thema's zoals klimaat, fair trade en water met bijzondere aandacht voor de Noord-Zuidrelatie.
Zij gaf ons eerst wat informatie over palmolie. Wist je dat deze gebruikt wordt in chocolade, koekjes, chaips maar ook shampoo en zeep. Er is echter een probleem in de landen waar die palmolie gemaakt wordt. Vaak gaat de grote winst naar de grootgrondbezitter en de eigenaar van de plantage. De boeren die hun grond aan hem moesten verkopen, moeten nu voor een hongerloon werken. Dit probleem werd voor de vrederecht gebracht.
We verdeelden ons in groepjes en elk groepje moest zich inleven in een personage. De ene groep was de grootgrondbezitter, een andere groep was de chipsfabrikant. Er was iemand boer, iemand anders milieuactivist. We hadden ook een schooldirectrice en een jongen van onze leeftijd. Allemaal wilden ze iets anders doen met de grond waarop de palmbomen staan. Samen gingen we op zoek naar een goed compromis. We besloten dat het beter zou zijn dat de grootgrondbezitter en chipsfabrikant hun winst zouden delen met de boeren. De grond werd zo verdeeld dat er plaats bleef om palmolie te maken maar dat er ook ruimte zou zijn voor het regenwoud, scholen, ziekenhuizen en speelpleinen. Als wij zo snel tot een compromis kunnen komen, waarom is dat in de werkelijkheid dan zo moeilijk?
We leerden ook dat wij zelf ons steentje kunnen bijdragen door Fairtrade producten te kopen. Dit zijn 'Eerlijke Handel' producten. Als je een product koopt waarop dit label staan, ben je zeker dat de boeren een eerlijk loon kregen, dat er samengewerkt werd om de producten te maken en dat er rekening gehouden werd met de natuur.
Wij zetten alvast ons beste beentje voor in deze Fairtrade week die morgen (7/10/2015) begint. Jullie ook?
Zij gaf ons eerst wat informatie over palmolie. Wist je dat deze gebruikt wordt in chocolade, koekjes, chaips maar ook shampoo en zeep. Er is echter een probleem in de landen waar die palmolie gemaakt wordt. Vaak gaat de grote winst naar de grootgrondbezitter en de eigenaar van de plantage. De boeren die hun grond aan hem moesten verkopen, moeten nu voor een hongerloon werken. Dit probleem werd voor de vrederecht gebracht.
We verdeelden ons in groepjes en elk groepje moest zich inleven in een personage. De ene groep was de grootgrondbezitter, een andere groep was de chipsfabrikant. Er was iemand boer, iemand anders milieuactivist. We hadden ook een schooldirectrice en een jongen van onze leeftijd. Allemaal wilden ze iets anders doen met de grond waarop de palmbomen staan. Samen gingen we op zoek naar een goed compromis. We besloten dat het beter zou zijn dat de grootgrondbezitter en chipsfabrikant hun winst zouden delen met de boeren. De grond werd zo verdeeld dat er plaats bleef om palmolie te maken maar dat er ook ruimte zou zijn voor het regenwoud, scholen, ziekenhuizen en speelpleinen. Als wij zo snel tot een compromis kunnen komen, waarom is dat in de werkelijkheid dan zo moeilijk?
We leerden ook dat wij zelf ons steentje kunnen bijdragen door Fairtrade producten te kopen. Dit zijn 'Eerlijke Handel' producten. Als je een product koopt waarop dit label staan, ben je zeker dat de boeren een eerlijk loon kregen, dat er samengewerkt werd om de producten te maken en dat er rekening gehouden werd met de natuur.
Wij zetten alvast ons beste beentje voor in deze Fairtrade week die morgen (7/10/2015) begint. Jullie ook?